Inzet enquêterecht voor medezeggenschap Sint Maartenskliniek

In overleg met de Patiënten Advies Raad (PAR) Nijmegen van de St. Maartenskliniek verzoekt Zorgbelang Gelderland de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam onderzoek te doen naar de medezeggenschap in de St. Maartenskliniek in Nijmegen. Deze zaak werd gisteren op 2 april 2015 door de Ondernemingskamer behandeld. Over uiterlijk 6 weken doet de Ondernemingskamer uitspraak.

Zie ook: http://www.zorgbelanggelderland.nl/persberichten/zorgbelang-gelderland-vraagt-onderzoek-medezeggenschap-st-maartenskliniek/

Gisteren vond de zitting van de Ondernemingskamer plaats. Op deze plaats wil ik kort mijn beleving daarvan weergeven. Tot nu toe hebben Zorgbelang Gelderland en de PAR / Cliëntenraad geen ruchtbaarheid aan deze zaak gegeven. Maar omdat de Raad van Bestuur van de Sint Maartenskliniek al eerder de publiciteit heeft gezocht – en daarbij met name de Cliëntenraad in de beklaagdenbank heeft geplaatst –  wil ik hier in toch enige toelichting geven vanuit het perspectief van Zorgbelang Gelderland. Zorgbelang Gelderland en de Cliëntenraad voeren deze zaak in het belang van een goede patiëntenparticipatie in de Sint Maartenskliniek. En dat lijkt maar niet te lukken. Dat is jammer want in mijn ogen zijn zowel de Cliëntenraad als de Raad van Bestuur allebei enorm betrokken bij het realiseren van goede zorg in de Sint Maartenskliniek. Het ligt dus niet aan de goede wil van beide partijen.

Tijdens de zitting is door alle partijen (Zorgbelang, de PAR en de Raad van Bestuur) de kern van de zaak teruggebracht tot 2 nauw samenhangende vraagstukken:

  • Hoe moet in de breedste zin van het woord in de praktijk invulling gegeven worden door de Raad van Bestuur aan het informatie- en adviesrecht van de Cliëntenraad? Dit is geen éénimensionele vraag, maar gaat feitelijk over het vormgeven van de gehele medezeggenschapspraktijk in een ziekenhuis op bestuurlijk niveau.
  • Er is geen vertrouwen meer in elkaar tussen de Cliëntenraad en de Raad van Bestuur. Hoe kan daar verandering in komen? wat zijn dan de oplossingen die mogelijk zijn?

De Cliëntenraad legt de oorzaak van het probleem geheel bij de Raad van Bestuur en andersom. De Raad van Bestuur ging tijdens de zitting zo ver om enerzijds de rechter te vragen de Cliëntenraad tot ‘gehoorzaamheid’ aan de Raad van Bestuur te dwingen en anderzijds de ruimte te krijgen de Cliëntenraad ‘op te heffen’ en zelf als Raad van Bestuur een nieuwe Cliëntenraad te mogen inrichten. Daarvoor zoekt de Raad van Bestuur wel samenwerking met Zorgbelang. Deze situatie in de Sint Maartenskliniek is hiermee inmiddels geen enkelvoudig probleem meer dat aan een geschillencommissie of een mediator kan worden voorgelegd. Alleen en onderzoek van de Ondernemingskamer kan in mijn ogen een oplossing bieden.

Zorgbelang Gelderland verwijt de Raad van Bestuur de medezeggenschap niet serieus te nemen. Zorgbelang Gelderland verwijt de Cliëntenraad daarnaast dat deze niet tot bemiddeling wenst over te gaan, ongeacht het gedrag van de Raad van Bestuur.

De belangrijkste vraag die de Ondernemingskamer volgens mij nu moet beantwoorden is: hoe belangrijk is medezeggenschap in een ziekenhuis nu eigenlijk? En: hoe serieus moet een Raad van Bestuur zijn Cliëntenraad nemen? Is er hier inderdaad sprake van een Raad van Bestuur die er eigenlijk niet (op tijd) aan denkt om informatie te geven – en advies te vragen over voor patiënten belangrijke zaken? Zoals bijvoorbeeld de samenwerking met andere ziekenhuizen of het verplaatsten van voor patiënten belangrijke voorzieningen naar andere locaties of instellingen? Of is er sprake van een Cliëntenraad die op de stoel van de Bestuurders wil gaan zitten? En moet een Raad van Toezicht niet actiever zorg dragen voor een goede verhouding tussen Cliëntenraad en Raad van Bestuur, als ze daar samen niet toe in staat blijken?

In mijn ogen nemen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht de Cliëntenraad en medezeggenschap onvoldoende serieus. Het heeft in mijn ogen weinig pas om de cliëntenraad die over de invulling van medezeggenschap een andere mening is toegedaan, ‘zwart’ te maken. De Cliëntenraad ervaart een serieus probleem en heeft recht op een eigen visie op dit punt. Het zou de Cliëntenraad daarentegen gesierd hebben hierover inhoudelijk het gesprek aan te gaan, via een onafhankelijke bemiddeling. Vandaar ons verzoek om een onderzoek en de tijdelijke toevoeging van een lid van de Raad van Bestuur, Raad van Toezicht en Cliëntenraad, aan de Ondernemingskamer. Na de uitspraak van de Ondernemingskamer, kan bekeken worden op welke wijze alle partijen met elkaar de medezeggenschap opnieuw vorm gaan geven.

Zorgbelang Gelderland staat voor een goede cliëntenparticipatie, ook in de Sint Maartenskliniek. Dat is nu niet het geval. Pas nadat de rechter een uitspraak heeft gedaan, kunnen vervolgstappen worden gezet. De vervolgstappen zijn afhankelijk van de uitspraak: honoreert de Ondernemingskamer ons verzoek om onderzoek en een toevoeging van tijdelijke extra leden aan alle geledingen of niet? Pas nadat dat duidelijk is, kunnen alle partijen met elkaar zoeken naar een oplossing. In onze ogen dient die zoektocht naar een oplossing te gebeuren op basis van de uitkomsten van het gevraagd onderzoek en onder leiding van de 3 tijdelijk toegevoegde ‘spelers’.

De rechter heeft Zorgbelang gevraagd of zij zich bewust is van de kosten van dit conflict. Natuurlijk zijn de kosten van dit conflict en het verzoek aan de Ondernemingskamer een groot probleem. Maar omdat er door de verstoorde verhoudingen nu geen oplossing meer mogelijk is, is een onderzoek door de Ondernemingskamer in onze ogen de enig overgebleven optie. Niet alleen voor de Sint Maartenskliniek, maar ook voor alle andere Nederlandse zorginstellingen. Dit onderzoek van de Ondernemingskamer kan duidelijkheid geven over de vraag hoe je als Raad van Bestuur en Cliëntenraad samen in de praktijk goed vorm kunt geven aan bestuurlijke medezeggenschap. ‘Wat is wel gebruikelijk en wat niet’? Uiteindelijk levert dat voor alle Nederlandse zorginstellingen een betere medezeggenschap op en daarmee (op termijn) een betere kwaliteit van zorg vanuit patiëntenperspectief ! Helaas gaan in dit geval de kosten voor de baat uit.