Burgerinitiatieven versus de overheid ?
Twee handen op één buik?
De Volkskrant berichtte vorige week over de pro’s en contra’s van burgerinitiatieven in Nederland. Dit n.a.v. het proefschrift van Hiska Ubels. In dit proefschrift geeft Ubels aan dat burgerinitiatieven een mooie vorm van zelfredzaamheid van inwoners zijn, maar ook keerzijden hebben:
- Burgerinitiatieven gaan langzaam. Het is geen ideale manier om snel iets te veranderen in je dorp, wijk of buurt…
- Burgerinitiatieven kunnen ook tot tweespalt in lokale samenlevingen leiden: de ene groep inwoners wil wel die speeltuin of windmolen, de andere groep behoudt toch liever de parkeerplaats of haalt zijn stroom toch liever uit steenkool.
- De overheid is toch bijna altijd – op de een of andere manier – betrokken. Dat ervaren sommige inwoners als een beperking. andere inwoners zien dat juist weer als een soort van ‘bescherming’ of ondersteuning.
Als Rekenkamercommissie van de gemeente ‘s-Hertogenbosch, hebben we eind vorig jaar een vergelijkbare conclusie getrokken: de gemeente ‘s-Hertogenbosch heeft speciaal een regeling in het leven geroepen om burgerinitiatieven te stimuleren. Zonder deze regeling (en vele vergelijkbare regelingen van andere gemeenten en provincies) zouden er veel minder burgerinitiatieven zijn!
De provincie Gelderland organiseerde afgelopen week een grote bijeenkomst ‘Lokale democratie in beweging‘ waarin verschillende voorbeelden van burgerinitiatieven zichzelf presenteerden, vaak samen met gemeenten.
Wat zie je als de rol van de overheid?
Hoe je tegen burgerinitiatieven aankijkt, hangt af van je visie op de rol van de overheid. Vind je de overheid een hoeder van het collectief belang en de politiek de arena waarin verschillende belangen tegen elkaar worden afgewogen en ‘verworden’ tot een ‘doorgepolderd’ of ‘gewogen’ collectief belang, dan schrik je niet van de betrokkenheid van de overheid bij burgerinitiatieven. Ben je van mening dat de overheid een zeer beperkte rol heeft in de samenleving en inwoners er samen maar uit moeten zien te komen, dan zul je teleurgesteld zijn in de toch nog aanwezige (grote) invloed van de overheid.
De rol van de overheid is de afgelopen eeuw sterk gegroeid. Tegelijkertijd is deze rol ook weer wat aan het afnemen: er worden ook overheidstaken ‘afgestoten’. Ook verschilt deze rol lokaal. Burgerinitiatieven groeien ook. Met name omdat de overheid zich wil terugtrekken. Het positieve van de groei van burgerinitiatieven is in elk geval dat inwoners (in groepen) opnieuw meer verantwoordelijkheid gaan nemen voor het – samen met de overheid – vormgeven van hun leefomgeving. Daarmee wordt ook het draagvlak voor veranderingen groter, want deze worden niet (alleen) meer door de overheid bepaald.
Twee verschillende werelden? Of toch één?
Bij mij roept de (vermeende?) tegenstelling tussen burgerinitiatieven en overheid een vraag op: wat is nu de overheid? De overheid is enerzijds het uitvoerend ambtelijk apparaat. Maar de overheid is ook de (lokale) politiek, het bestuur: de gekozen volksvertegenwoordiging die met elkaar in debat is en besluiten neemt over onze leefomgeving. Wij zijn samen met elkaar de overheid! De overheid en burgerinitiatieven zijn dus in mijn ogen niet twee parallelle werkelijkheden, maar twee verschillende verschijningsvormen van inwoners die met elkaar vorm geven aan de eigen leefomgeving.
Ik pleit er daarom voor om de overheid niet los te maken van burgerinitiatieven, maar burgerinitiatieven juist veel meer in verbinding te brengen met de overheid, de politiek, het bestuur. maar ook met het uitvoerend ambtelijk apparaat dat ook heel goed uitvoerder kan zijn van burgerinitiatieven, zolang deze burgerinitiatieven de regie houden en de lokale politiek vooraf heldere kaders aangeeft en aan het eind de verantwoordelijkheid houdt voor finale besluitvorming.