Toezichthouders: bewaak het cliëntperspectief!

Dinsdag 3 juli 2018 vond in Arnhem een bijeenkomst plaats van de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Zorg (NVTZ) over het cliëntperspectief in relatie tot de rol als toezichthouder. Aan mij de eer deze middag te mogen samenvatten.

Op deze middag zijn een 30 tal toezichthouders ‘meegenomen’ in de wereld van het cliëntenperspectief, door enkele sprekers. Het cliëntperspectief is een veelomvattend begrip en definities zijn verschillend, maar in elk geval onderscheid ik altijd een aantal kernelementen:

  • Subjectiviteit: ervaringen zijn erg persoonlijk en ook verschillend, maar ze kennen vaak wel een ‘rode draad’. Het gaat altijd om het persoonlijke, subjectieve perspectief van mensen;
  • Het leven staat centraal, niet de zorg: zorg is slechts een klein deel van het leven van mensen. Zorg stelt mensen in staat een optimaal leven te leiden en moet daartoe dan ook ondersteunend zijn. Zorg is nooit een doel op zich;
  • Communicatie en dialoog zijn het allerbelangrijkste voor cliënten, patiënten, bewoners;
  • Gelijkwaardigheid is in de interactie tussen patiënten professionals, een instelling enerzijds en cliënten, bewoners anderzijds, altijd een absolute voorwaarde: een zorgverlener is nooit de ‘meerdere’ en mag zich ook nooit zo gedragen.

Door middel van persoonlijke verhalen werd  duidelijk dat het cliëntperspectief anders is dan het perspectief van toezichthouders of dan het perspectief van bestuurders of uitvoerende zorgverleners. Ik vind het van groot belang dat toezichthouders zich hiervan erg bewust zijn.

Maar: wat moeten toezichthouders nu met al die persoonlijke ervaringen? Moeten toezichthouders zelf steeds weer op zoek naar belevingen van de zorg waarop toezicht gehouden wordt? Ik vind het inderdaad van  belang dat toezichthouders voeding houden met belevingen van mensen die zorg genieten in- of door instellingen. Elke toezichthouder kan zelf simpele manieren bedenken om af en toe met mensen in gesprek te gaan en te luisteren naar hun ervaringen. Maar ga als toezichthouder niet ten onder aan de overdaad aan ervaringen en denk na als toezichthouder na over wat u er in uw rol mee kunt.

Nog belangrijker vindt ik het namelijk dat toezichthouders er op toe zien dat de hele organisatie steeds opnieuw zorgt voor een dialoog tussen medewerkers, management en bestuur en cliënten, patiënten, familie of bewoners. De mensen die de daadwerkelijke zorg verlenen moeten zich – nog meer dan toezichthouders– bewust zijn van het (andere) perspectief van cliënten. Wanneer deze dialoog in ‘hun’ organisaties regelmatig en met diepgang wordt gevoerd, is er echt ruimte voor het cliëntperspectief en kan (daardoor) het leven en de zorg in een organisatie zich optimaal ontwikkelen. Dit is een permanent, steeds terugkerend proces omdat het leven, zorg en ervaringen, permanent veranderen.

Het ‘vertalen’ van ervaringen naar een beter leven en betere zorg gaat echter niet vanzelf. Dat kost moeite. Een ervaringsdeskundige is meer dan een mens met ervaringen: het is iemand met ervaringen die geleerd heeft deze ervaringen samen met medewerkers en een organisatie om te zetten in suggesties (voor professionals, de organisatie, het beleid) die leiden toe een grotere kwaliteit van leven en een betere zorg. Ook organisaties als Ikone en Zorgbelang, maar ook heel veel patiëntenorganisaties, kunnen daarbij ondersteunend zijn. Wij hebben allemaal ervaring met verschillende creatieve (participatie) methodieken die de dialoog tussen ervaringen en professionals en instellingen kunnen versterken: samen werken aan een beter kwaliteit van leven en betere zorg.

Tenslotte wil ik meegeven dat het cliëntenperspectief niet alleen draait om ervaringen. Het gaat ook om zaken als bescherming van de kwetsbare (rechts)positie van cliënten, patiënten, bewoners, familie e.d. Daarvoor hebben we in Nederland een aantal ondersteuningsvormen bedacht, zoals klachtenfunctionarissen (en procedures), vertrouwenspersonen, onafhankelijke cliëntondersteuners, medezeggenschapsorganen etc. Toezichthouders dienen van al deze ‘beschermingsmaatregelen’ op de hoogte te zijn en er op toe te zien dat deze zaken goed in ‘hun’ organisatie worden ingevuld. Toezichthouders moeten in elk geval een oordeel hebben, over wat zij ‘goed’ vinden op dit terrein. Dit in samenhang met de op deze middag uitgebreid besproken ervaringen van mensen die zorg nodig hebben.

Ik denk dat deze middag genoeg stof tot overdenking m.b.t. het cliëntenperspectief heeft opgeleverd. Ik hoop dat de aanwezige toezichthouders op grond van deze kennis en beleving een goede discussie met hun gehele raad van toezicht kunnen voeren over de invulling van het cliëntperspectief in hun organisaties. Uiteraard ben ik (is Zorgbelang) graag bereid hierbij verder te ondersteunen.


Zorgbelang ondersteunt patiënten, cliënten, bewoners, inwoners in de dialoog met instellingen, overheden etc. met het verbeteren van de kwaliteit van leven en zorg. Wij hebben ervaring met vele creatieve participatiemethodieken om deze dialoog te ondersteunen.
Daarnaast ondersteunt Zorgbelang individuele cliënten met vertrouwenswerk, onafhankelijke cliëntondersteuning, klachtenfunctionarissen e.d.

Zie voor meer informatie:
www.zorgbelanggelderland.nl
www.adviespuntzorgbelang.nl

Nieuw wetsvoorstel medezeggenschap zorginstellingen (Wmcz)

Met dank aan Karin Kalthoff en Ineke de Jonge

Er is een nieuw wetsvoorstel in de maak om de medezeggenschap (door cliëntenraden) in zorginstellingen te verbeteren. Dit voorstel bevat een flink aantal verbeteringen ten opzichte van de oude wet. Maar ook dit voorstel kan op nog net iets beter. Zorgbelang levert een bijdrage aan de internetconsultatie van het Ministerie van VWS! Ook u kunt dat (tot en met 13 november) doen!

De belangrijkste verbeteringen en wat nog beter kan:

  • Cliëntenraden krijgen het recht op goede (financiële) ondersteuning. Cliëntenraden mogen deze zelf kiezen en zelf een redelijk budget eisen.
    • Er is niets geregeld over een verplicht vacatiegeld! Dat moet er komen.
    • Er is niet in de wet vastgelegd wat een minimum is aan middelen of kwaliteit van de ondersteuning. Hierover dienen periodiek afspraken tussen cliëntenorganisaties en brancheorganisaties van zorgaanbieders te worden gemaakt.
  • Het verzwaard adviesrecht wordt een echt instemmingsrecht.
  • Vanaf 10 zorgverleners is een cliëntenraad verplicht.
    • Het is alleen niet helemaal duidelijk voor wie dat nu precies geldt? Ook bijvoorbeeld voor huisartsenposten waar huisartsen niet in (loon) dienst zijn? Of voor het medisch specialistisch bedrijf of Zelfstandige Behandelcentra? Al deze zorgaanbieders dienen er onder te vallen en dat moet duidelijker in de wet staan.
  • Cliënten in langdurige zorg krijgen verplicht inspraak in zaken die hun dagelijks leven aangaan.
    • Dit moet natuurlijk ook gelden voor mensen die kortdurend in welke zorg dan ook zijn!
    • Bovendien moet deze inspraakverplichting ook gelden voor de zorg en het effect daarvan op het leven van cliënten.
    • De inspraakverplichting moet ook gelden voor materiële afspraken, zoals eigen bijdragen voor extra zorg, voorzieningen etc.
    • Ook dient in de wet te worden vastgelegd dat hiervoor een redelijk budget beschikbaar komt.
  • Er is maatwerk mogelijk: bestuurder en cliëntenraad leggen hun onderlinge afspraken vast in een medezeggenschapsregeling
    • Onduidelijk is in het wetsvoorstel, wat het minimum aan medezeggenschap is. Het mag natuurlijk niet zo zijn dat in een medezeggenschapsregeling wordt afgesproken dat er bijvoorbeeld wordt afgezien van ondersteuning….
    • Het kan niet zo zijn dat afgesproken wordt dat sommige advies- of instemmingsrechten niet gebruikt worden…
    • Ook is onduidelijk voor hoe lang zo’n medezeggenschapsregeling geldt. Wij vinden dat deze elk jaar (kort) geëvalueerd moet worden en steeds opnieuw door beide partijen bekrachtigd.
  • De nieuwe wet verplicht tot grotere tijdigheid van informatie en betrokkenheid (advies en instemming)
  • Er komt toezicht op medezeggenschap door de Inspectie (IGZ). Dit maakt medezeggenschap volgens de wet beter ‘afdwingbaar’. 
  • Vacatures voor zetels van de cliëntenraad worden openbaar geworven, volgens het ‘good governance’ principe
  • De zorgaanbieder moet het contact tussen de cliëntenraad en de ‘achterban’ bevorderen.
  • De wet regelt de bevoegdheid voor de cliëntenraad om in te stemmen met de profielschets van een klachtenfunctionaris.
    • Het is nodig deze bevoegdheid uit te breiden met in te stemmen met de benoeming van een klachtenfunctionaris.
  • De voordracht door de cliëntenraad van een lid van de Raad van Toezicht blijft behouden. Daarnaast wordt adviesrecht geregeld voor de profielschets voor de benoeming van de leden van het toezichthoudend orgaan en de leden van het bestuur. 
    • Adviesrecht moet  ook gelden voorafgaande aan een benoeming. De minister wil de cultuur van de zorg wijzigen; de cultuur in een organisatie wordt ook bepaald door diegenen die een toezichthoudende en bestuurlijke rol   Een enkele zetel in de Raad van Toezicht op voordracht van de cliëntenraad is dan niet meer voldoende. Het model dat een vertegenwoordiging van de cliëntenraad betrokken is bij selectieprocedures van zowel bestuurders als toezichthouders,  is wenselijker.
  • Tenslotte is het van belang in de wet te regelen dat de cliëntenraad zelf betrokken wordt bij de keuze van kwaliteitstoetsing, de methodiek én het instrumentarium. Het formuleren dat er instemming van de cliëntenraad is op het  ‘algemene beleid ter zake van  kwaliteit’ (art 8 lid1.d) geeft op dit punt onvoldoende houvast.
  • Het wetsvoorstel is nog niet van toepassing op de Wmo en de Jeugdwet. Dat is vreemd:
    • Het wetsvoorstel dient van toepassing te zijn op alle zorgvormen / financieringswetten. Het kan niet zo zijn dat de cliëntenraad van een thuiszorgorganisatie alleen maar iets te zeggen heeft over de verzekerde en langdurige zorg. Deze cliëntenraad moet ook zeggenschap hebben over de door de gemeente ingekochte Wmo- en jeugdzorg!

Als cliëntenraad of bestuurder kunt u nu al met elkaar in gesprek om u voor te bereiden op de nieuwe wet Wmcz. U hoeft niet op de nieuwe wet te wachten: u kunt nu al met elkaar in gesprek om uw medezeggenschap te verbeteren.

Hebt u behoefte aan een gesprek hierover, neem dan contact op met mijn collega Karin Kalthoff.

Cliëntenraden en zorgverzekeraars: vriend of vijand?

Het Netwerk Cliëntenraden in de Zorg (NCZ) organiseert samen met een aantal partners, waaronder Zorgbelang Gelderland, op 30 september 2015 in Nijmegen het symposium ‘Cliëntenraden in dialoog met Zorgverzekeraars’. Het symposium moet een eerste aanzet vormen tot een dialoog tussen cliëntenraden en zorgverzekeraars en in de toekomst tot meer betrokkenheid van cliëntenraden bij het zorg-inkoop-beleid.

Ik zal een bijdrage leveren aan dit symposium. Cliëntenraden zien zorgverzekeraars tot nu toe veel te veel als ‘vijand’, terwijl zij zorgverzekeraars kunnen gebruiken als bondgenoten in hun strijd voor kwaliteit!

Sinds 2006 hebben de zorgverzekeraars in Nederland een positie gekregen als zorginkoper, namens verzekerden. Daarvan maken ze eigenlijk pas de laatste jaren meer gebruik. Met name CZ en Zilveren Kruis zijn begonnen met selectieve zorginkoop wat al heel snel leidde tot een grote kwaliteitsverbetering in met name de zorg voor mensen met kanker. Menzis heeft in aanvang voor een wat meer voorzichtige aanpak gekozen met het label ‘topzorg’. De beroepsgroepen volgden in het voorbeeld van de selectieve zorginkoop al heel snel met het aanpassen van hun kwaliteitsnormen en werden soms zelfs nog strenger dan de verzekeraars. De rol van verzekeraars heeft in mijn ogen dus wel degelijk effect op de kwaliteit van zorg.

Cliënten en cliëntenraden hebben vanuit hun natuurlijke verbondenheid met (het bestuur van) zorginstellingen de neiging de zorgverzekeraar als de ‘vijand’ te zien. Ik pleit ervoor zorginkoop door verzekeraars als kans te zien. Stel je onafhankelijk op en maak duidelijk wat je als cliënt(enraad) goede kwaliteit van zorg vindt en gebruik de zorgverzekeraar als bondgenoot om deze kwaliteit via inkoop te realiseren. Een dergelijke kans benutten om de kwaliteit van zorg te verbeteren, vraagt wel om een eigen visie op kwaliteit en om de bereidheid samen te werken met andere partijen. Vanuit onze eigen Zorgbelang praktijk kunnen we voorbeelden geven, hoe deze opstelling leidt tot verbetering van de kwaliteit van zorg. Denk bijvoorbeeld aan verbetering in de informatievoorziening; aan zorgpaden ingericht naar wensen van cliënten; aan betere samenhang tussen ziekenhuizen en de eerste lijn; wijkgerichte zorg; aan betrokkenheid van patiënten bij regionale ontwikkelingen in de zorg; of aan verbetering van de apothekersdienstverlening.

Ik zie u graag op het symposium. Meer achtergrondinformatie, het programma en de wijze van aanmelding vindt u op www.ncz.nl. U kunt voor meer informatie ook terecht op www.zorgbelanggelderland.nl/agenda .

Versterk de positie van de cliënt in de langdurige zorg!

De afgelopen maanden is er veel publiciteit geweest over de langdurige zorg: denk aan de moeder van Staatssecretaris van Rijn, die niet goed verzorgd zorg worden in de instelling waar zij en haar man verblijven. Kort na dit incident verscheen een brief van dezelfde Staatssecretaris, waarin hij aangeeft op welke manier hij een verbetering van de kwaliteit van zorg in de langdurige zorg voor ogen ziet.

De staatsecretaris zet in op kwaliteitsverbetering door beter en meer toezicht; door veiligere zorg; door meer ruimte voor professionals; door meer openheid en transparantie; door meer betrokken bestuurders, maar vooral door een versteviging van de positie van de cliënt in de langdurige zorg.

Maar: hoe verstevig je nu de positie van de cliënt in de langdurige zorg? Daarover si de Staatssecretaris niet zo heel duidelijk. Als Zorgbelang hebben we daar wel ideeën over:

  • Op organisatieniveau: Verstevig de positie van de cliëntenraad en familieraad: zorg voor een echt instemmingsrecht, serieuze ondersteuning en een eigen wettelijk geborgd ondersteuningsbudget!
  • Op locaties en afdelingen: Werk samen met cliënten en familie aan een betere kwaliteit vanuit cliëntenperspectief op locaties en afdelingen: ga met elkaar in gesprek en gebruik daar verschillende leuke en leerzame methodieken voor!
  • Individueel:
    • Zorg voor betrokkenheid bij het zorgplan.
    • Leer van klachten: maak ze samen bespreekbaar en zoek samen naar oplossingen.
    • Maak (in beide gevallen) gebruik van de wettelijk geborgde onafhankelijke cliëntondersteuning!

Zorgbelang organisaties kunnen ondersteunen bij het versterken van de positie van de cliënt. Dat doen we samen met cliënten en familie. Individueel als onafhankelijk cliëntondersteuner. Maar ook gezamenlijk met cliëntenraden en groepen cliënten. In goed overleg met professionals en de instelling, soms wel eens confronterend en stelling nemend, als instellingen of professionals niet goed luisteren naar cliënten.

Kijk voor meer informatie op onze website!

Falende apparatuur in Gelderse ambulances

Afgelopen weekend heeft apparatuur van 2 ambulances in Gelderland-zuid dienst geweigerd. Gelukkig kon met apparatuur van een ook ter plaatste zijnde politieauto, het leven van de patiënt gered worden.

Een klokkenluider van de ambulancevervoerder heeft dit laten weten aan omroep Gelderland. De medewerker heeft aan de bel getrokken omdat hij (of zij?) gefrustreerd was nadat er na twee jaar problemen, nog geen oplossing is. Het MT van de ambulancevervoerder erkent deze problemen in de mail van de klokkenluider, die ik zojuist heb ingezien.

Wat is er aan de hand?

  • Apparatuur om te reanimeren weigert af en toe dienst: er kan niet op gerekend worden;
  • De problemen spelen al 2 jaar, maar zijn door de fabrikant afgedaan als ‘slecht gebruik door personeel’;
  • Medewerkers van de ambulancedienst voelen zich niet veilig met deze apparatuur en zijn bang dat patiënten gevaar lopen. Dit weekend was dat echt zo. Maar mogelijk al 2 keer eerder in Gelderland Zuid, In Flevoland en Gooi- en Vechtstreek worden ook problemen gemeld;
  • De fabrikant onderzoekt de zaak al langer, maar niemand kan aangeven wanneer er duidelijkheid en een oplossing komt:
    • De fabrikant reageert op dit moment niet op dit ernstige nieuws;
    • De fabrikant waarschuwt de ambulancedienst voor juridische claims. De ambulancedienst voelt zich niet vrij om de klachten openbaar te uiten;
    • De fabrikant wijst naar de medewerkers en hun gebrekkige training, kwaliteiten, medewerkers voelen zich geïntimideerd;
  • Door het gebrek aan openheid lopen mensen gevaar en worden problemen vanwege zakelijke belangen niet snel opgelost!

Wat moet er nu gebeuren?

  • Op korte termijn een onafhankelijk onderzoek naar alle klachten rondom het gebruik van deze apparatuur (en dus niet alleen door de producent/leverancier).
    • Waar en hoe vaak doen de klachten zich voor?
    • Wat is de technische aard van de problemen?
    • Wat is een oplossing?
  • De acute noodoplossing (extra wel bewezen veilige apparatuur in de ambulances) moet binnen redelijke termijn vervangen worden door verbeterde of nieuwe apparatuur. De onbetrouwbare apparatuur heeft namelijk meer functionaliteiten dan de ‘nood’ apparatuur.
  • Er moet een landelijk meldpunt komen voor problemen met medische apparatuur en duidelijke procedures binnen welke termijn geconstateerde problemen door fabrikanten moeten worden opgelost.
    • Het melden van problemen moet een wettelijk plicht worden, met strafbaarstelling als dit niet gebeurt!
    • Als een fabrikant niet in staat is problemen op redelijke termijn op te lossen, is hij verantwoordelijk voor de aanschaf / levering van alternatieve wel werkende apparatuur met vergelijkbare functionaliteit.

Zie ook Omroep Gelderland

Inzet enquêterecht voor medezeggenschap Sint Maartenskliniek

In overleg met de Patiënten Advies Raad (PAR) Nijmegen van de St. Maartenskliniek verzoekt Zorgbelang Gelderland de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam onderzoek te doen naar de medezeggenschap in de St. Maartenskliniek in Nijmegen. Deze zaak werd gisteren op 2 april 2015 door de Ondernemingskamer behandeld. Over uiterlijk 6 weken doet de Ondernemingskamer uitspraak.

Zie ook: http://www.zorgbelanggelderland.nl/persberichten/zorgbelang-gelderland-vraagt-onderzoek-medezeggenschap-st-maartenskliniek/

Gisteren vond de zitting van de Ondernemingskamer plaats. Op deze plaats wil ik kort mijn beleving daarvan weergeven. Tot nu toe hebben Zorgbelang Gelderland en de PAR / Cliëntenraad geen ruchtbaarheid aan deze zaak gegeven. Maar omdat de Raad van Bestuur van de Sint Maartenskliniek al eerder de publiciteit heeft gezocht – en daarbij met name de Cliëntenraad in de beklaagdenbank heeft geplaatst –  wil ik hier in toch enige toelichting geven vanuit het perspectief van Zorgbelang Gelderland. Zorgbelang Gelderland en de Cliëntenraad voeren deze zaak in het belang van een goede patiëntenparticipatie in de Sint Maartenskliniek. En dat lijkt maar niet te lukken. Dat is jammer want in mijn ogen zijn zowel de Cliëntenraad als de Raad van Bestuur allebei enorm betrokken bij het realiseren van goede zorg in de Sint Maartenskliniek. Het ligt dus niet aan de goede wil van beide partijen.

Tijdens de zitting is door alle partijen (Zorgbelang, de PAR en de Raad van Bestuur) de kern van de zaak teruggebracht tot 2 nauw samenhangende vraagstukken:

  • Hoe moet in de breedste zin van het woord in de praktijk invulling gegeven worden door de Raad van Bestuur aan het informatie- en adviesrecht van de Cliëntenraad? Dit is geen éénimensionele vraag, maar gaat feitelijk over het vormgeven van de gehele medezeggenschapspraktijk in een ziekenhuis op bestuurlijk niveau.
  • Er is geen vertrouwen meer in elkaar tussen de Cliëntenraad en de Raad van Bestuur. Hoe kan daar verandering in komen? wat zijn dan de oplossingen die mogelijk zijn?

De Cliëntenraad legt de oorzaak van het probleem geheel bij de Raad van Bestuur en andersom. De Raad van Bestuur ging tijdens de zitting zo ver om enerzijds de rechter te vragen de Cliëntenraad tot ‘gehoorzaamheid’ aan de Raad van Bestuur te dwingen en anderzijds de ruimte te krijgen de Cliëntenraad ‘op te heffen’ en zelf als Raad van Bestuur een nieuwe Cliëntenraad te mogen inrichten. Daarvoor zoekt de Raad van Bestuur wel samenwerking met Zorgbelang. Deze situatie in de Sint Maartenskliniek is hiermee inmiddels geen enkelvoudig probleem meer dat aan een geschillencommissie of een mediator kan worden voorgelegd. Alleen en onderzoek van de Ondernemingskamer kan in mijn ogen een oplossing bieden.

Zorgbelang Gelderland verwijt de Raad van Bestuur de medezeggenschap niet serieus te nemen. Zorgbelang Gelderland verwijt de Cliëntenraad daarnaast dat deze niet tot bemiddeling wenst over te gaan, ongeacht het gedrag van de Raad van Bestuur.

De belangrijkste vraag die de Ondernemingskamer volgens mij nu moet beantwoorden is: hoe belangrijk is medezeggenschap in een ziekenhuis nu eigenlijk? En: hoe serieus moet een Raad van Bestuur zijn Cliëntenraad nemen? Is er hier inderdaad sprake van een Raad van Bestuur die er eigenlijk niet (op tijd) aan denkt om informatie te geven – en advies te vragen over voor patiënten belangrijke zaken? Zoals bijvoorbeeld de samenwerking met andere ziekenhuizen of het verplaatsten van voor patiënten belangrijke voorzieningen naar andere locaties of instellingen? Of is er sprake van een Cliëntenraad die op de stoel van de Bestuurders wil gaan zitten? En moet een Raad van Toezicht niet actiever zorg dragen voor een goede verhouding tussen Cliëntenraad en Raad van Bestuur, als ze daar samen niet toe in staat blijken?

In mijn ogen nemen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht de Cliëntenraad en medezeggenschap onvoldoende serieus. Het heeft in mijn ogen weinig pas om de cliëntenraad die over de invulling van medezeggenschap een andere mening is toegedaan, ‘zwart’ te maken. De Cliëntenraad ervaart een serieus probleem en heeft recht op een eigen visie op dit punt. Het zou de Cliëntenraad daarentegen gesierd hebben hierover inhoudelijk het gesprek aan te gaan, via een onafhankelijke bemiddeling. Vandaar ons verzoek om een onderzoek en de tijdelijke toevoeging van een lid van de Raad van Bestuur, Raad van Toezicht en Cliëntenraad, aan de Ondernemingskamer. Na de uitspraak van de Ondernemingskamer, kan bekeken worden op welke wijze alle partijen met elkaar de medezeggenschap opnieuw vorm gaan geven.

Zorgbelang Gelderland staat voor een goede cliëntenparticipatie, ook in de Sint Maartenskliniek. Dat is nu niet het geval. Pas nadat de rechter een uitspraak heeft gedaan, kunnen vervolgstappen worden gezet. De vervolgstappen zijn afhankelijk van de uitspraak: honoreert de Ondernemingskamer ons verzoek om onderzoek en een toevoeging van tijdelijke extra leden aan alle geledingen of niet? Pas nadat dat duidelijk is, kunnen alle partijen met elkaar zoeken naar een oplossing. In onze ogen dient die zoektocht naar een oplossing te gebeuren op basis van de uitkomsten van het gevraagd onderzoek en onder leiding van de 3 tijdelijk toegevoegde ‘spelers’.

De rechter heeft Zorgbelang gevraagd of zij zich bewust is van de kosten van dit conflict. Natuurlijk zijn de kosten van dit conflict en het verzoek aan de Ondernemingskamer een groot probleem. Maar omdat er door de verstoorde verhoudingen nu geen oplossing meer mogelijk is, is een onderzoek door de Ondernemingskamer in onze ogen de enig overgebleven optie. Niet alleen voor de Sint Maartenskliniek, maar ook voor alle andere Nederlandse zorginstellingen. Dit onderzoek van de Ondernemingskamer kan duidelijkheid geven over de vraag hoe je als Raad van Bestuur en Cliëntenraad samen in de praktijk goed vorm kunt geven aan bestuurlijke medezeggenschap. ‘Wat is wel gebruikelijk en wat niet’? Uiteindelijk levert dat voor alle Nederlandse zorginstellingen een betere medezeggenschap op en daarmee (op termijn) een betere kwaliteit van zorg vanuit patiëntenperspectief ! Helaas gaan in dit geval de kosten voor de baat uit.